Door Gert Cauwenbergh
Diverse redenen hebben landgenoten ertoe aangezet een tweede verblijf te kopen: omdat ze in overvolle steden wonen, willen genieten van het wijdse zeezicht of de betere luchtkwaliteit, of gewoon omdat geld op de spaarrekening ook niets opbrengt.
Professionele huurders hebben hun verhuurder de wacht aangezegd(1). De argumentatie luidt: als we geen gebruik kunnen maken van de panden door een overheidsbeslissing, hebben we een genotsvermindering, en hoeven we ook niet de volle pot huur te betalen.
Zonder sluitende wetenschappelijke verklaring(2) heeft de overheid ook een enorme genotsvermindering opgelegd aan eigenaars van een tweede verblijf.
Mogen eigenaars een gelijkaardige vermindering van de tweedeverblijfstaks verwachten?
- Winkels willen huur niet betalen – https://www.standaard.be/cnt/dmf20200326_04903278
- Fort Kust gaat hermetisch op slot – https://www.standaard.be/cnt/dmf20200402_04911410